De studie geeft inzicht in de praktische uitvoerbaarheid en juridische legitimiteit van financiële instrumenten die ten doel hebben de huidige geluidscapaciteit op Schiphol efficiënter te benutten en daarmee een aanzienlijke groei van het aantal passagiers en vracht op Schiphol mogelijk te maken binnen de vastgestelde geluidsgrenzen. In de studie zijn de volgende financiële instrumenten beoordeeld: regulerende geluidsheffingen, gedifferentieerde landingsgelden, verhandelbare geluidsrechten en geluidsheffingen op basis van externe geluidskosten. De studie is in opdracht van de Rijksluchtvaartdienst (RLD) van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat uitgevoerd door CE te Delft in samenwerking met het Internationale Instituut voor Lucht- en Ruimterecht te Leiden.
Belangrijke conclusies: