Rapport

Inzet van langere en/of zwaardere vrachtauto’ss in het intermodaal vervoer in Nederland

Toelating van langere vrachtauto’s, 25,25 in plaats van 18,75 m, is al enige tijd in discussie als mogelijkheid om de milieubelasting van het goederenwegvervoer te verminderen. Het vervoer kan er immers efficiënter mee worden afgewikkeld. Maar de kostenbesparingen in het wegvervoer kunnen ook op twee manieren het positieve milieu-effect tenietdoen: doordat het wegvervoer vracht overneemt van het intermodale vervoer en doordat de vervoersgroei wordt aangewakkerd. Daarom heeft CE in opdracht van het Mi-nisterie van Verkeer en Waterstaat onderzocht wat het netto milieu-effect van toelating van deze voertuigen in het binnenlands vervoer is. De belangrijkste conclusies zijn:

  • de maatregel zou leiden tot een netto-vermindering van CO2-emissie van het goederenwegvervoer in Nederland (excl. bestelauto’s) van ongeveer 1%, tamelijk onafhankelijk van het toegestane totaalgewicht van de vrachtauto’s (50, 60 of 70 ton);
  • de concurrentiepositie van intermodaal vervoer wordt wat slechter, maar dit heeft maar weinig invloed op de CO2-emissie. Bij beperking van het toegestane totaalgewicht tot 50 ton is de invloed verwaarloosbaar, bij verruiming tot 70 ton zorgt dit voor een toename van CO2-emissie van ongeveer 0,1%. Dit komt doordat bij beperking tot 50 ton de inzet van lange vrachtauto’s alleen aantrekkelijk is bij het vervoer van zeer lichte goederen. In deze markt heeft intermodaal vervoer slechts een klein aandeel en heeft de lange vrachtauto relatief lage emissies;
  • het rebound-effect (meer transportvolume door de lagere transportprijzen) is milieutechnisch van groter belang. Circa de helft van de milieuwinst door de efficiencyverbetering wordt hierdoor teniet gedaan. Als de transportkostendaling wordt voorkomen, bijvoorbeeld door een gelijktijdige accijnsverhoging, kan de milieuwinst sterk worden vergroot; tegelijkertijd wordt de concurrentiepositie van intermodaal vervoer minder aangetast.

Meer over