Rapport

Richtlijn in zicht

In 2006 is de Europese richtlijn (2006/32/EG) betreffende energie-efficiëntie bij eindgebruik en energiediensten gepubliceerd. Artikel 9 uit de richtlijn stelt dat de lidstaten wet- en regelgeving die in dit kader belemmerd werkt moet intrekken of wijzigen. Deze studie brengt in kaart in welke mate de problematiek in Nederland speelt en welke maatregelen mogelijk zijn. De inventarisatie betrof de financiële instrumenten gericht op het bevorderen van energie-efficiëntie bij alle eindafnemers in Nederland, met uitzondering van de deelnemers aan het emissie-handelssysteem (ETS). Gezocht is naar de belemmeringen voor diverse typen subsidies, fondsen en de financiële constructies die worden aangeboden door energiedienstenleveranciers. Het onderzoek toont aan de meest relevante belemmeringen op dit moment eerder het gevolg zijn van een gebrek aan wet- en regelgeving dan van onderlinge conflicten. Dat geldt in het bijzonder voor de meetwetgeving en de grondwaterwetgeving. Knelpunten in sfeer van wet- en regelgeving zijn ondermeer gevonden bij de Wet Milieubeheer, de Afvalstoffenwetgeving en de regelgeving rond de voedselveiligheid. In de meeste gevallen gaat het om verklaarbare en bewuste belemmeringen, die bedoeld zijn om de veiligheid, de gezondheid of het welzijn van de initiatiefnemer zelf en van omwonenden te garanderen. Dit zijn dus geen onnodige of onevenredige belemmeringen. In het geval van de Afvalstoffenwetgeving lijkt incidenteel wel sprake te zijn van een onnodige belemmering. Aan het oplossen van deze problematiek wordt gewerkt. Buiten de reeds genoemde zaken lopen marktpartijen nadrukkelijk aan tegen knelpunten die gerelateerd zijn aan de Huurwetgeving. Bij nadere beschouwing lijkt de belemmering niet zozeer te liggen in de Huurwet zelf, maar in het gebruik van de individuele contractvrijheid tussen de verhuurders en huurders. Daarmee valt de problematiek op zich buiten de kaders van richtlijn 2006/32/EG. Tenslotte is er de problematiek van de administratieve lasten, die door veel marktpartijen wordt genoemd als onnodige of onevenredige belemmering bij de benutting van subsidies of fondsen voor energie-efficiëntie. Vastgesteld wordt dat er al veel gebeurt om deze lasten te reduceren, waarbij ook energiegerelateerde lasten aan de orde zijn.