Rapport

Bijscholen in broeikaseffect?

In opdracht van Novem heeft CE een studie verricht naar aangrijpingspunten voor interventiestrategieën gericht op energiebesparing in schoolgebouwen. Aan de hand van een literatuurstudie, verschillende kwalitatieve interviews is als eerste getracht inzicht te verkrijgen in de kwaliteit van het gebouwenvoorraad en het energieverbruik in gebouwen. Het blijkt dat ruim 50% van de voorraad in de PO en VO sector voor 1975 is gebouwd, waarbij weinig be-sparende bouwmaatregelen zijn getroffen en binnen circa 5 a 15 jaar wordt vervangen door nieuwbouw of grootschalig gerenoveerd wordt. In de BVE sector is op korte termijn veel nieuwbouw te verwachten.
Vervolgens is aan de hand van een schriftelijke enquête onder 550 instellingen in het primair, voortgezet en beroeps- en volwassenenonderwijs bepaald wat de determinanten zijn van CO2-reductie door gebouw en proces-maatregelen. Op basis van 236 geretourneerde enquêtes zijn de volgende conclusies te trekken:
De grote variatie binnen de VO sector in professionaliteit, wijze van besluitvorming en de rollen van de verschillende actoren maakt het moeilijk eenduidige aangrijpingspunten te identificeren.
De scholen zelf geven subsidieregelingen als verreweg de belangrijkste mogelijkheid om energiebesparing op scholen te stimuleren. Dat is niet verwonderlijk gezien het beperkte budget van scholen in het algemeen en met name voor dergelijke activiteiten. Het energiebedrijf wordt door de meeste scholen het belangrijkst gevonden voor informatie over energiebesparing gevolgd door externe adviseurs bij met name grotere scholen. De scholen gaven verder een grote voorkeur aan voor persoonlijke advisering boven andere vormen van informatievoorziening.

Meer over